Veel Amsterdammers met Vietnamese wortels hebben nog steeds hechte (familie)banden met Vietnam. Veel Nederlanders denken bij Vietnam alleen aan de verschrikkelijke Vrijheidsoorlog. Terwijl de meeste Vietnamese Amsterdammers een mooie studie hebben afgerond en een indrukwekkende loopbaan zijn begonnen. Ook de Vietnamese economie behoort is een groeiende factor van betekenis geworden.
De Vietnamese gemeenschap in Amsterdam is hecht. Feesten, sporten, culturele festivals van alles wordt er georganiseerd. Uitwisseling met andere gemeentes en Europese landen vinden ook plaats. Al zijn de Corona Voorschriften een flinke spelbreker.
Even terug is er in Amsterdam een sponsorloop georganiseerd.
De sponsorloop om geld in te zamelen om #Vongtaynhanai te ondersteunen. Het doel: Een kleine liefdadigheidsgroep die lunches verstrekt aan schoolkinderen in een arm berggebied in Vietnam. De schoolgaande jeugd uit Vietnamese gemeenschap in Amsterdam waren de deelnemers van deze sponsorloop.
Telkens weer valt mij op dat het contact tussen de verschillende generaties in een familie gekoesterd wordt. Maar ook dat de plek waar een familie vandaan komt belangrijk is. Zo wordt bijvoorbeeld door elke familie een familieboek met stamboom bij gehouden. Dit familieboek wordt bewaard en gekoesterd in de geboorteplaats van de familie oudste. Zo’n boek gaat eeuwen terug. En ook nu worden de nieuwe kinderen ingeschreven in dit familieboek.
De volgende facebook link is van de Vietnamese gemeenschap in Amsterdam. Natuurlijk in het Vietnamees. De kinderen worden meertalig opgevoed. De moedertaal van de ouders, de Nederlandse taal en natuurlijk het Vietnamees wordt aan de kinderen onderwezen. De meertaligheid vertaalt zich ook in betere schoolresultaten. Onderzoek geeft telkens weer aan dat bij gelijke benadering en waardering van de talen de kinderen een voorsprong krijgen in hun schoolresultaten. En dat laatste wordt heel goed begrepen door de Vietnamese gemeenschap.
Voor de naar het westen gevluchte Vietnamezen stond de vrijheid voorop. Zij ontwikkelden zich snel tot hard werkende deelnemers aan onze samenleving. De Vietnamese thuis was er een van communisme en onderdrukking. Om dat een vrijheidsstrijd te noemen gaat mij wat ver. Het was meer een clash tussen twee systemen die op dat moment de wereld trachtten te verdelen. Gezien wat je nu in Oekraine ziet is die strijd nog steeds niet gestreden…
LikeLike
Ik heb contact met jonge Vietnamezen. Voor studie naar Nederland gekomen. Nu zijn zij hoogopgeleiden met vaak een hoge management functie of een renderend bedrijf.
De grootouders wonen nog in Vietnam. Maar tijdens hun bezoek aan (klein-)kinderen ontmoet ik ook deze generatie.
De politieke situatie nu in Vietnam of de naweeën van de VrijheidsOorlog is nooit gespreksonderwerp. Als we daar op mijn verzoek over praten blijken er een en ander verschillende perspectieven te zijn.
Maar vooral dat Nederlanders vertekend naar Vietnam kijken.
Vriendelijke groet,
LikeLike
Kan ook niet anders, want wij wonen in het westen en werden opgevoed in de gedachte dat communisten slechte mensen waren die altijd bezig waren om andere landen in te nemen en volkeren te knechten. Korea, Vietnam, China, Hongarije, Tsjecho-Slowakije etc. bevestigden dan beeld. Achteraf oordelen is natuurlijk veel simpeler. Tot een oude KGB-er besluit dat hij Oekraine binnenvalt……
LikeLike
Ik vind dat ze daar de zaken vrij snel weer hebben opgepakt. Van oorlogen wordt niemand beter.
LikeLike
Vind het erg plezierig dat je ook even aandacht besteedt aan het meertalig opvoeden en ook duidelijk vermeldt dat het niet schadelijk is voor de verdere ontwikkeling.
Het legde wel even de frustratie bloot van mijn eigen schooltijd. Tot mijn zevende jaar had ik nooit anders gepraat dan de Midden-Drentse variant van het Nedersaksisch en op de lagere school werd het me van dag 1 af aan ingepeperd dat het een dom en onbeschaafd taaltje was en ik voortaan, ook op het schoolplein tijdens de pauzes, ‘Hollands’ moest praten. Niet dat dat laatste gebeurde, maar toen was echt nog de algemene gedachte dat je erdoor achter zou lopen in je ontwikkeling.
Uit die tijd stamt bij mij wel bewustzijn dat ik nooit of te nimmer als Hollander aangesproken wens te worden. Ook niet in het buitenland.
De gedachte dat je door het bezigen van een streektaal achterstand oploopt duurde tot in ieder geval de jaren ’70, de tijd dat mijn kinderen geboren zijn. En heel eerlijk; ik heb er nu wel eens spijt van mijn kinderen geen Drents geleerd te hebben. Ze verstaan het gelukkig wel probleemloos, want in mijn (uitgebreide) familie is het Drents tot op de dag van vandaag de omgangstaal gebleven. OOk de aangetrouwde niet-Drenten, en dat is het merendeel ervan, heeft het , soms noodgedwongen, leren verstaan. We gaan niet zover dat we geen Nederlands tegen ze praten, wat ik wel bij Friese familie meemaakte, maar verwachten wel dat ze de taal van de partner leren verstaan.
Een aardig weetje in dit verband; een vrij zuivere vertaling van dialect is ‘dagelijkse omgangstaal’
En nog eentje om over na te denken: “Een taal is nooit onbeschaafd, dat is voorbehouden aan de gebruiker ervan”
LikeGeliked door 1 persoon
Met een Amsterdamse vader en een Haagse moeder ben ik boven Eindhoven opgegroeid. Het verhaal gaat dat ik tot de lagere school vooral plat Sons sprak. Nu is zelfs mijn zacht g verdwenen. Mijn studietijd in Nijmegen maakte dat ik in de driehoek Utrecht, Twente, Noord-Limburg en noord-Brabant veel leerde verstaan. Nu ben ik meer en meer zoals jij zegt een Hollander geworden.
Maar meertaligheid blijf ik belangrijk vinden. En bovenal het gelijk waarderen van verschillende talen. Daarbij vind ik het ook belangrijk dat de taal van grootouders gesproken en verstaan wordt.
Dank voor jouw reactie. Wij zijn het op dit onderwerp geheel eens.
Vriendelijke groet,
LikeLike
Voor veel mensen van onder de grote rivieren zijn wij in het westen van ons land, ‘die Ollanders’ en dat is dan geen compliment……:)
LikeLike
Waarbij Amsterdammers er nog eens erg negatief uitkomen.
LikeLike
Het lijkt me niet dat mijn ervaring uit de militaire diensttijd met Amsterdammers geldt voor elke Amsterdammer, maar heb in die tijd ook niet echt een positief beeld gekregen van ‘een echte Amsterdammer’. Mijn opkomstplaats was Bussum en in de groep waarin ik zat zaten een stuk of 5 Amsterdamse jongens. Ze hadden altijd en over een menig over, en bovendien altijd een grote bek en de ‘provincialen’ -in dit geval iedereen die niet uit Amsterdam kwam-, waren in hun ogen achterlijk. Met zo’n houding leer je vrij snel omgaan, maar waar ik het meest verbaasd over was, was wel dat ze het een levensgroot probleem vonden niet meer elke avond thuis te zijn en dat ze voor weekendverlof bijna een uur moesten reizen. Het werd nog erger in de opleiding aan de koksschool in Leiden. Van de vijf bleken er 3 slager te zijn en die kwamen daar ook terecht en volgens hen helemaal aan het eind van de wereld, want om in Amsterdam Noord te komen waren ze ruim een uur reistijd kwijt en na Leiden werd ik met een van hen overgeplaatst naar Ermelo dat was helemaal aan het eind van de wereld. Ik kreeg toen te horen “Nou ben jij lekker snel thuis” en geloofden het niet dat ik nog altijd ruim 2 uur onderweg was. Ze hadden geen idee van de geografie van Nederland. Alles buiten Amsterdam, zelfs Weesp en Diemen, was ver weg voor Amsterdammers en dichtbij voor alle andere Nederlanders.
En helaas, die houding ben ik ook in mijn werkzame periode regelmatig tegengekomen. En de ‘speciale regelingen’ die het Amsterdamse gemeentebestuur vaak van de overheid vraagt/eist, maken het er niet beter op.
Het zou al heel wat helpen als ze zich wat minder ‘speciaal’ gingen voelen en bedachten dat Amsterdam op wereldschaal ook maar een vlekje is.
LikeGeliked door 1 persoon