Vandaag zijn velen bezig met een actiedag Dag tegen Gas. Ik woon en leef aardgasvrij. Zoasl ik ook zonder auto en/of rijbewijs leef.
Daarom bundel ik vandaag enkele teksten m.b.t. ‘het kwartje van Kok’. Door de Oorlog in Ukraine stijgen de brandstof prijzen gigantisch. Dat het gedeelte van de accijnzen het grootste deel beslaat van de brandstofprijzen is voor sommigen niet te verteren. Het zogenaamde kwartje van Kok is voor de ouderen ook nog steeds onverteerbaar.
Op https://historiek.net/het-kwartje-van-kok-1991/121641/ is het volgende artikel te lezen.
Zelf vind ik vervoer/transport een interessant onderwerp. Maar dan kijk ik vooral naar de Ruimtelijke Ordening. Wonen, werken en ontspannen is in Nederland uit elkaar getrokken. Vervoer op de weg, spoor of het water geeft talloze mogelijkheden. En met een jaloers oog kijk ik dan naar het openbaar vervoer van bijvoorbeeld Japan. Dat er veel rijbanen naast elkaar liggen om gedurende de ochtend- en avondspits duizenden mensen in een eigen auto van huis, naar het werk en weer terug te laten rijden is volgens mij achterhaald. Het gedwongen thuiswerken vanwege Corona heeft vooral lege wegenen en veel schonere lucht en vooral stilte opgeleverd. Maar het Kwartje van Kok? Of zijn het Verkeersminister Hanja Maij-Weggen (CDA) en staatssecretaris van Financiën, Marius van Amelsvoort, eveneens CDA, die verantwoordelijk zijn voor de accijnsverhoging?
Het Kwartje van Kok is de naam van de accijnsverhoging op de autobrandstof die in 1991 door het kabinet-Lubbers III in Nederland werd ingevoerd. De accijnsverhoging was één van de maatregelen uit de zogenaamde Tussenbalans, het pakket met financiële maatregelen met als doel de begroting weer op orde te krijgen. De naam verwijst naar de toenmalige minister van Financiën Wim Kok.
Sinds de invoering van het Kwartje van Kok wordt er – zeker in verkiezingstijd – regelmatig aan gerefereerd. Daardoor is het beruchte kwartje inmiddels tot haast mythische proporties uitgegroeid.
De Tussenbalans van 1991
In tijden van financiële krapte kun je – of het nu over je eigen huishoudpotje of over de staatskas gaat – twee dingen doen: je inkomsten verhogen of je uitgaven verlagen. Daarmee kun je je begroting weer op orde brengen.
Het kabinet-Lubbers III (1989-1994), bestaande uit het CDA en de PvdA, kampte in de jaren negentig ook met zo’n financiële opgave. In de Tussenbalans van 1991, het tussenrapport van het kabinet, was becijferd dat de begroting een gat vertoonde. Dat tekort moest gedicht worden om de boel draaiende te houden. In de Tussenbalans werden maatregelen voorgesteld die ofwel een bezuiniging inhielden ofwel voor inkomstenvermeerdering zouden zorgen. In totaal werd er voor ruim 17,5 miljard gulden ‘omgebogen’: 12,8 miljard gulden aan bezuinigingen, 4,7 miljard aan lastenverzwaringen.
Eén van de maatregelen die meer geld in de staatskas moest brengen, was het Kwartje van Kok. Verkeersminister Hanja Maij-Weggen (CDA) en staatssecretaris van Financiën, Marius van Amelsvoort, eveneens CDA, hadden de handen ineengeslagen en stelden een accijnsverhoging op de autobrandstof voor. Maij-Weggen wilde namelijk het autogebruik aan banden leggen en meende, door de variabele kosten te laten stijgen, daar een goed middel voor te hebben. Daarmee werd selectiever – lees: minder – autogebruik aangemoedigd. En dat zou weer goed zijn voor de energiebesparing en de milieubescherming; het zou zorgen voor lagere gezondheidskosten; en het zou bijdragen aan de mobiliteitsdoelstelling van de regering, te weten een gezond evenwicht tussen openbaar vervoer en autogebruik. Een gedeelte van de opbrengsten van de accijns zou namelijk geïnvesteerd worden in het openbaar vervoer. Staatssecretaris Van Amelsvoort was op zijn beurt blij dat de schatkist weer wat voller zou raken.
Het duo stelde daarom een accijnsverhoging van ongeveer 20 guldencent op loodvrije euro-benzine voor. De dieselaccijns moest daarnaast met 7 guldencent per liter stijgen. Er was dus, anders dan de naam ‘het kwartje van Kok’ doet vermoeden, geen sprake van een kwartje (à 25 cent). Loodhoudende benzine steeg, toegegeven, wél met de volle 25 cent, maar dat milieuonvriendelijke product verdween al snel uit de markt.
In de Kamers
Het plan werd in de Tweede en Eerste behandeld door Van Amelsvoort. In de eerste vergaderingen over het voorstel werd stevig gedebatteerd. Criticasters van het voorstel meenden dat het autorijden in Nederland zo onmogelijk werd gemaakt. Van Amelsvoort wilde daar niet van weten.
“Dit wetsontwerp betekent geenszins dat er met grof geschut geschoten wordt op wat hier ook wel de heilige koe genoemd is. Wij zullen de gezondheid van het beest, maar stellig ook die van zijn omgeving, nauwlettend in het oog houden.”
Volgens Van Amelsvoort was de accijnsverhoging geen willekeurige maatregel om – over de rug van de autogebruikers – de inkomsten te verhogen. De accijnsverhoging droeg namelijk bij aan verschillende doelstellingen van de regering, zoals de eerdergenoemde mobiliteitsdoelstelling. Bovendien hield de verhoging tred met de benzineprijzen in de omliggende landen en was het in overeenstemming met toenmalige EU-wetgeving. Sterker nog: de benzineprijs in Nederland was nog nooit zo laag geweest; een kleine verhoging was daarom redelijk, aldus de staatssecretaris.
Over de grens
Politici maakten zich ook zorgen over het zogenoemde ‘grenseffect’ van de maatregel. Zouden automobilisten niet sneller in het buitenland gaan tanken? En wat zou dat doen met de Nederlandse pomphouders? Van Amelsvoort besefte dat de maatregel in grensgebieden een nadelig effect kon hebben en erkende dat de mogelijkheid bestond dat mensen naar het buitenland zouden uitwijken om te tanken.
Ook pomphouders in de grensstreken vreesden de dupe te worden van de hogere benzineprijzen in Nederland. Volgens hun voorspelling zouden Nederlandse ‘tanktoeristen’ naar het buitenland gaan om daar de auto vol te gooien en tegelijkertijd over de grens de wekelijkse boodschappen gaan doen. Dat zou in de grensstreken ruim duizend banen kosten, zowel bij pomphouders als in de detailhandel.
De staatssecretaris meende echter dat het niet zo’n vaart zou lopen. Een eigen onderzoek wees uit dat het wel mee zou vallen met de schade. Dat kwam voornamelijk doordat Duitsland ook op korte termijn de benzineprijzen omhoog zou schroeven. Dat zou Nederlandse tanktoeristen ontmoedigen om in dat land te tanken. Het verschil met de Belgische benzineprijzen bleef groter, beaamde Van Amelsvoort. Daar zouden zich mogelijk wel problemen voordoen. Maar dat risico woog volgens de staatssecretaris niet zwaar genoeg in de afweging van het kabinet.
Achteraf bleek dat de benzineverkoop in Nederland, na de invoering van het Kwartje, inderdaad een klein dipje vertoonde, maar dat, na enkele maanden, de verkoop alweer op het oude niveau zat.
Weerstand tegen het Kwartje van Kok
Mensen die veel van de auto gebruik maakten, en daarom ook de Bovag en de ANWB, protesteerden fel tegen de maatregel. Die organisaties introduceerden de spottende term ‘Kwartje van Kok’, zamelden handtekeningen in en voerden rechtszaken om de invoering van het kwartje te stoppen.
Incidenteel of structureel?
Ondanks de bezwaren van collega-politici en de Bovag, wist Van Amelsvoort, onder toeziend oog van Financiën minister Wim Kok, de voorgestelde accijnsverhoging met verve te verdedigen in beide Kamers. Collega-politici hadden wel vragen gesteld en opmerkingen geplaatst bij de veelal technische aspecten van het voorstel, maar daar bleef het ook bij. Bij de uiteindelijke stemming over het plan konden tegenstanders geen vuist maken.
Misschien kwam het door de sterke nadruk op de technische details van het voorstel, misschien door de relatief weinige weerstand, of misschien kwam het wel door het uiterst rommelige verloop van het debat (door onenigheid over het al dan niet indienen van amendementen) – maar over één, niet onbelangrijk, aspect van de accijnsverhoging kwam weinig duidelijkheid. Namelijk over de vraag of de accijnsverhoging incidenteel of structureel zou zijn. Zou de accijnsverhoging weer worden teruggeschroefd als de financiële broekriem weer wat losser mocht komen te zitten?
Onduidelijkheid duurt voort
Van Amelsvoort zei in zijn voorstel niet over het al dan niet tijdelijke karakter van het voorstel. Ook Wim Kok bood in het Kamerdebat geen uitsluitsel over de duur van de verhoging. Zijn woorden “Ik sluit het niet uit…. maar ik zeg het ook niet toe” zijn inmiddels veelvuldig teruggezocht en teruggelezen. Kortom, geen enkel kabinetslid heeft na de accijnsverhoging op 12 april 1991 beweerd dat het om een tijdelijke maatregel zou gaan.
Het zwijgen van het kabinet was voer voor speculatie en misbruik. Zo riepen de autolobby en het bedrijfsleven luidkeels dat het om een tijdelijke maatregel zou gaan. Kok heeft de veronderstelde tijdelijkheid van de maatregel nooit heel expliciet weerlegd. Onduidelijkheid alom.
Na de invoering

Totdat Jan-Peter Balkenende, toen nog financieel woordvoerder voor het CDA, bijna tien jaar na de invoering, er in 2000 voor pleitte om het Kwartje van Kok eindelijk terug te geven aan de bevolking. Daarin werd hij gesteund door zijn CDA-collega Jacob Reitsma. Reitsma meende namelijk dat de argumenten van toen, met name de lage prijs en de krappe rijkskas, niet meer van toepassing waren. Daarmee rechtvaardigde Reitsma dat hij, als CDA’er, het plan van zijn CDA-voorganger Van Amelsvoort in twijfel trok.
Bij de VVD, in de persoon van Kamerlid Pieter Hofstra, vond Balkenende eveneens een luisterend oor. Hofstra maakte zich namelijk ook hard voor het teruggeven van het Kwartje van Kok. Telkens weer was de autogebruiker volgens de VVD’er de dupe: of het nou ging om rekeningrijden of de alsmaar stijgende benzineprijzen – de automobilist kwam er altijd bekaaid vanaf.
Ook de LPF, met Pim Fortuyn aan het roer, riep in 2002 op tot het eindelijk teruggegeven van de accijns aan de bevolking. In de formatieonderhandelingen werd daarop door minister Zalm voorgesteld om de accijns vanaf 2004 te verlagen, met maar liefst 8 cent. Het kabinet met de LPF klapte echter al snel. De nieuwe coalitie besloot wel om de accijns terug te geven, maar dan in de vorm van ruim 200 miljoen euro aan nieuw asfalt. Daar zou de autogebruiker weer profijt van hebben.
Geert Wilders refereerde, tot slot, in de campagne van de Tweede Kamerverkiezingen van 2012 nog aan het Kwartje. “Dat kwartje van Kok is nooit teruggegeven, dat is pure diefstal”, zei de PVV-leider destijds tegen de NOS.
Kortom, het Kwartje van Kok heeft door de jaren heen nogal wat stof doen opwaaien – niet alleen ten tijde van de invoering, maar vooral ook in de jaren erna.
Maar per 1 april 2022 is daar eindelijk verandering in gekomen.
Een Parool lezer schreef het volgende:
‘Bekostig teruggave kwartje van Kok door belasting op kerosine en vliegtickets’
EINDELIJK verdwijnt het kwartje van Kok per 1 april (zal toch geen grap zijn…). Hele volksstammen zullen niet weten waar het over gaat. Zo lang hebben we dat dus betaald, ondanks de belofte dat het echt een tijdelijke maatregel zou zijn. Zo verwonderlijk is het niet dat de burger zo langzamerhand het vertrouwen in de heersende macht is verloren.
Ik stel voor om deze maatregel te bekostigen uit het heffen van belasting op kerosine en vliegtickets. Dit zou een maatregel moeten worden geldend voor alle maatschappijen, vliegend van en naar Europa. Zo zou dat een Europese maatregel kunnen zijn, zodat treinkaartjes goedkoper worden omdat we vaker gezellig met de trein gaan als dat een redelijk alternatief is.
Zelf verwacht ik dat de prijs van fossiele brandstof nog lang gespreksonderwerp zal blijven. Al is het maar omdat de ‘heilige koe’ van velen nog steeds op deze verontreinigende en verouderde brandstof rijdt …..
Ik heb vandaag gewoon een Aardgasvrij dag en een autoloze zondag.
Wij wonen in een grensgebied, en zien veel Nederlanders overkomen voor een tankbezoekje.
De kostprijs van autobrandstof bestaat voor een heel stuk uit accijnzen. Als straks meer elektrische voertuigen op de baan rijden, zal de overheid andere inkomstbronnen moeten aanboren, er staat ons nog wat te wachten…
LikeGeliked door 3 people
mogge Rob
ik heb de auto in 2009 aan de kant gedaan , heb het nooit gemist , en nu zeer zeker niet , en zelfs als dat kwartje er ooit af gaat , komt ie niet terug
zonnige zondag groet
LikeGeliked door 2 people
Met die Paroollezer ben ik het van harte eens: laat de vliegtickets eindelijk maar eens kosten wat ze ECHT kosten! Al dat doelloze gevlieg de hele wereldbol over… het moet maar eens afgelopen zijn!
LikeGeliked door 2 people
Ik tank net over de grens, dat scheelt nu meer da 60 eurocent per liter…
LikeGeliked door 2 people
Met de eigen wagen naar het werk is inderdaad achterhaald. Dankzij telewerken tank ik nog 1x per jaar. Als mijn 14 jaar oude wagen het begeeft komt er geen nieuwe. Ik neem altijd de fiets, enkel om naar het werk te gaan.
LikeGeliked door 1 persoon
1 tank/jaar! Dat zullen niet veel mensen jou nadoen. Zonnige groet,
LikeGeliked door 1 persoon
Gelukkig gebruiken wij de auto alleen uit noodzaak dus maken niet echt veel kilometers dus dat over de grens gaan tanken slaan wij over… 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Hier een klein koekblikje er staat 50.000 op de teller in 14 jaar,voor 1x pwk de boodschappen en veel naar het ziekenhuis met de schipper.Verder gebruik ik de fiets vooral nu met dat mooie weer,soms ben je trouwens sneller met de fiets ergens als met de auto.Vliegtickets duurder maken prima als het traject ook met de trein kan en dat dan goedkoper maken.Jij woont in de grote stad,openbaar vervoer voorhanden,dat is niet overal zo.
LikeGeliked door 1 persoon
Koekblikjes zijn niet te vergelijken met de ‘Heilige Koeien” van velen.
In mijn omgeving is er volop openbaar vervoer.
Maar ik ben mij er van bewust dat dit op andere plaatsen anders is.
Vriendelijke groet,
LikeLike
Autorijden wordt inderdaad een luxe. Voor velen onbetaalbaar. We worden alleen maar armer.
LikeGeliked door 1 persoon
Goed verhaal!
LikeLike
Vanuit een links standpunt is alles wat de omvang en groei van het moderne vervoer aan banden legt kennelijk reden om de feiten op een bepaalde manier in te kleuren. Laten we nu eens beginnen bij de oorzaken. Ook links beleid is verantwoordelijk voor het niet voldoende bouwen van betaalbare woningen na de oorlog. Dus werden in zgn. forenzengemeenten of wijken huizen neergezet waar mensen naartoe verhuisden bij gebrek aan opties in de grote gemeenten waar men was geboren en getogen. De meeste van die plekken werden ingericht voor particulier vervoer. De socialistische gedachte was dat ook Jan Arbeider recht had op een eigen auto. Waarom alleen voor de elite?? O V was jarenlang een stiefkind. Men verving regionale tram/treinverbindingen door bussen, bouwden tramnetten af en liet zo de wegen vollopen met files. Wegen die via accijnzen en zgn. Wegenbelasting niet werden verbreed of verbeterd. Lijkt veel op de huidige situatie. De enorme belastingdruk op het gemotoriseerd verkeer zorgt voor een enorme plas geld die vooral wordt uitgegeven aan niet essentiele bouw van windmolenparken en het OV dat nog steeds 19e eeuws van opzet is en waar een monopolist de dienst uitmaakt. Dat kwartje van Kok moest een extra gat in de begroting opvullen. Tegelijk roofde Kok de pensioenfondsen leeg, roomde de rendementen daarvan af voor zijn begroting. De schade die dat aanrichtte is daarna nooit meer goed hersteld. Wie echt iets wil doen aan schone lucht (0,05% verbetering) moet ook eens kijken naar de cijfers. Tijdens corona, zonder vliegverkeer, gematigd wegverkeer en zo, was de CO2 uitstoot vrijwel niet lager als tijdens de drukke jaren daarvoor. De oorzaken liggen dus elders daarvan. Maar dat past kennelijk niet in het linkse denken. Net zo min als betaalbaar bouwen, het niet verbranden van bomen in biogascentrales of het verstenen van de groene delen van dit land die nog een beetje als longen functioneren. Men houdt vast aan het wijzen naar….. niet aan de feiten. Vandaar dat links beleid altijd faalt om de meerderheid mee te nemen. En dat het gestolen Kwartje van Kok inderdaad moet worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaars…
LikeLike
Dank voor jouw uitgebreide reactie. Het is duidelijk dat wij over heel onderwerpen meningsverschillen hebben.
Het “kwartje van Kok” blijft een mooi discussie onderwerp.
Dat de invoering van dit kwartje door CDA-politici gebeurde blijft voor mij een aardige anekdote. Verkeersminister Hanja Maij-Weggen (CDA) en staatssecretaris van Financiën, Marius van Amelsvoort, eveneens CDA, hadden de handen ineengeslagen en stelden een accijnsverhoging op de autobrandstof voor!
Herinneringen, feiten en meningen lopen niet bij iedereen synchroon.
Vriendelijke groet,
LikeLike
Het was en is mijn vakgebied. Dus de feiten die ik opvoer kloppen. Geldt ook voor de krankzinnige gedachte dat wij het spoor moeten omarmen als nieuwe vervoersvorm. Terwijl dat zelfde spoor een 19e eeuwse infrastructuur koppelt aan monopolisme dat zwaar wordt gesuibsidieerd. En dat weer uit de pot waar Kok dat kwartje heeft gestolen. Met sprookjes alleen kom je er niet. De recente cijfers over uitstoot en impact luchtvaart t.o.v. het spoor zijn confronterend voor hen die geloven dat de 19e eeuwse vervoersvormen heilig moeten worden verklaard. Net als al die heffingen niets bijdragen aan een andere behoefte aan vervoer of transport. Indirect treft het altijd gewoon iedere burger in dit land. Rijdend of niet. En worden die miljoenen of miljarden telkens weer uitgegeven aan heel andere dingen dan klimaat of milieu. Maar dat moet nog even doordringen in bepaalde kringen….
LikeLike
Ik citeer de feiten m.b.t. het kwartje van Kok. Waarbij de onjuiste naamgeving en de financiele achtergrond worden beschreven.
Zoals ik ook een ingezonden brief in het Parool citeer.
Kok een dief noemen is in deze onterecht en foutief.
Sprookjes komen verder in mijn blogpost niet ter sprake.
Dat er vervoersproblemen zijn ontstaan door de scheiding van wonen, werken en ontspannen door opeenvolgende Ruimtelijke Ordening Nota’s onderschrijf ik met jou.
Waarbij ik open sta voor het gebruik van nieuwe ideeen en technologieen m.b.v. vervoer en transport. Dat jij vooral angstig, huiverend negatief staat t.o.v. nieuwe ideeen en technologieen m.b.t. vervoer en transport?
De jeugd en techniek geeft en heeft de toekomst!
Optimistische groet,
LikeLike
David Bremmer schrijft vandaag in het Parool een mooi artikel over een unieke accijnsverlaging en het Kwartje van Kok:
Voor het eerst sinds 1931 worden automobilisten gematst met een accijnsverlaging
De verlaging van de accijns op benzine en diesel, die vrijdag ingaat, mag gerust een unicum worden genoemd. Sinds de introductie van de belasting op brandstof in 1931 ging deze altijd omhoog, met als bekendste voorbeeld het ‘kwartje van Kok’.
David Bremmer1 april 2022, 03:00
Als automobilisten vrijdag ontwaken, is het even alsof we weer in 2004 leven. Toen hief de overheid evenveel accijns op benzine als nu: 65 cent op een liter euro 95. Dieselrijders zijn terug op het accijnsniveau van 2009. Daar houdt de vergelijking overigens wel op, want de pompprijzen liggen nu minstens een euro hoger.
Een substantiële accijnsverlaging – 17 cent op benzine en 11 cent op diesel – kwam niet eerder voor, bevestigt het ministerie van Financiën. Nooit werden automobilisten gematst, op zijn best werden ze gespaard door niet te indexeren. Het kabinet-Balkenende II hield de accijnzen in 2006 gelijk, nadat de brandstofprijzen fors waren gestegen.
Socialistische inslag
Onderzoeker Maarten Smaalders – in 2012 schreef hij een proefschrift over de politieke strijd rond autobelastingen – weet wel waarom accijnzen alleen maar stijgen. ‘‘Dat is mede doordat de kabinetten uit de jaren 60 en 70 veelal een socialistische inslag kenden. Om de welvaartsstaat met alle sociale voorzieningen te betalen is véél geld nodig.”
De onderzoeker legt uit hoe de benzineaccijns in 1931 de derde belasting op automobiliteit vormde. Die begon in 1909 met een weeldebelasting op motorvoertuigen, de heffing geschiedde op basis van het aantal paardenkrachten. In 1926 volgde de wegenbelasting en vijf jaar later dus de accijns op brandstof.
Belangrijke aanleiding is de Grote Depressie, het kabinet-Ruijs de Beerenbrouck III (1929-1933) had dringend inkomsten nodig. Een echte accijns was het overigens nog niet, de ‘Benzinewet 1931’ spreekt van ‘een bijzonder invoerrecht op benzine’.
Meteen onmisbaar
Hoewel er begin jaren dertig slechts 80.000 auto’s in Nederland rondreden, bleek de belasting meteen onmisbaar. De eerste jaren bracht deze 32 miljoen gulden in het laadje, een bedrag dat gelijkstaat aan een kleine 336 miljoen euro nu. Het was al snel genoeg reden om de belasting te verlengen tot 1944. ‘‘Het zal wel geen betoog behoeven dat de schatkist voor zoover thans is te voorzien, in de eerste jaren de opbrengst van meer dan fl 32.000.000 niet kan missen,” citeert Het Leidsch Dagblad op 6 juli 1938 de Memorie van Toelichting.
De decennia erna blijft de benzineaccijns een centrale pijler van de autobelastingen. Zelfs als de olieprijzen in 1973 door de oliecrisis verviervoudigen, met hoge pompprijzen als gevolg, verlaagt het kabinet Den Uyl de brandstofaccijnzen niet. Alleen de komst van ongelode en zwavelarme benzine leidde rond de eeuwwisseling tot een zeer minimale, kortdurende verlaging.
Inmiddels hengelt de overheid jaarlijks circa 8,5 miljard euro (2019) aan brandstofaccijnzen binnen. Tijdens afgelopen twee coronajaren lag dat bedrag overigens lager. Protesten zijn er zelden geweest, hoogstens gemor. ‘‘Nederlanders zijn gewend aan hoge belastingen en betalen trouw,” verklaart Smaalders. Hij wijst op Amerika, waar belastingen een vloek zijn. ‘‘Benzine is er mede om die reden niet duur.” We krijgen bovendien wat terug voor die torenhoge accijnzen. ‘‘Vergelijk onze wegen eens met die in de VS.”
Kwartje van Kok
Eén accijnsverhoging is wel berucht: het befaamde ‘kwartje van Kok’. De verhoging die op 6 juli 1991 inging, maakte deel uit van de forse bezuinigingen van het derde kabinet Lubbers. ‘‘Nederlanders hebben veelvuldig geklaagd over het kwartje,” weet Smaalders. ‘‘Politici als Geert Wilders gebruiken het al jaren als voorbeeld van hoe automobilisten worden uitgeknepen.”
Opmerkelijk genoeg is Kok’s kwartje geen echt kwartje. De verhoging bedroeg ‘slechts’ 18,3 guldencent, of 8,3 eurocent. De dieselaccijns steeg 7 cent (3,18 eurocent). Minder gaan rijden zijn we echter niet door het kwartje van Kok, en ook niet door andere autobelastingen. Smaalders is benieuwd wat de accijnsverlaging betekent voor het rijgedrag. ‘‘Dit is een zeer interessante proeftuin.”
Hoewel de accijnzen in absolute zin steeds omhoog zijn gegaan, zijn ze in relatieve zin al lang niet gestegen. Het aandeel van de benzineprijs dat naar de overheid gaat, ligt al sinds het kwartje van Kok rond de 70 procent. Door de accijnsverlaging en de gestegen olieprijzen daalt dit naar 60 procent.
Autobelastingen-expert Smaalders is benieuwd of de accijnsverlaging tijdelijk blijft en de discussie over de kilometerheffing versnelt. Of beter, een tweede kilometerheffing. ‘‘In feite is de accijns namelijk een belasting op gebruik. Hoe meer je rijdt, hoe meer je afdraagt. En met een dikke Jaguar betaal je weer meer dan in een zuinige Toyota Yaris.”
LikeLike